woensdag 27 april 2016

Huis in Portugal

We hebben een huis gekocht in Portugal, redelijk impulsief. Een half jaar geleden. En daar wonen we sinds een maand naast, naast dat huisje zonder water, electriciteit en ramen. In een tipi...

Een korte samenvatting die alvast tot veler verbeelding zal spreken. Desalniettemin zegt het nog niet wie 'wij' zijn. (Ik heb geen vlecht achter mij over de grond slepen.) Het zegt nog minder waarom we dit gedaan hebben. (Waarom ook al weer?) Het zegt niet waar we zitten (in Portugal), laat staan heel gedetailleerd beschreven hoe dan wel precies. (Omstandigheden zijn een relatief begrip).
'Blog erover!' roept de gemeenschap online. Iederéén wil toch weten hoe jij water op de kachel opwarmt om je baby in bad te steken, daar vervolgens in afwast om er daarna nog even snel een paar vuile babykleren in te wassen?



Wie zijn die mensen? 


Wij, dat zijn de 178ste, 179ste, 180ste en 181ste bewoner van Santa Margarida da Serra. Over het dorp, onderdeel van de stad Grândola en van de provincie Setúbal, vertel ik u later meer.

Wij zijn een gewoon gezin. Mezelf, de moeder, uw bloggende vriendin. Pappie, de man die alles kan. Dartele dochter van 4 jaar en pittige baby (ook vrouwelijk) van 5 maanden.

Voor er 2 dochters waren woonden we in Antwerpen, heel graag. In de Seefhoek, in Berchem, in de Nationale straat, op 't Zuid...overal even graag. Toen dochter nummer 1 het zonlicht zag bleven we nog 2 jaar en ruilden 't Stad in voor de parking (met name Herentals). Door onze vrienden gek verklaard fietsten we vrolijk door lintbebouwing en veldweg om onze dochter naar de crèche te brengen, daarna naar het station richting verlaten stad. We hadden een tuin en een groot huis met kelder én zolder. Plaats genoeg om leeggekochte kringloopwinkels in op te bergen. Die tuin was 40 meter diep, 10 meter breed, met prachtige exemplaren van kempische buren aan beider zijde. Een authentiek kiekenkot en garage (met doorgang slechts op R4 formaat) gebouwd van vintage asbestplaten. Wat wilde een mens nog meer? Ze heeft er leren fietsen.

Nog eens 2 jaar later zijn we in Portugal gestrand. Niet zo onlogisch aangezien de helft van de familie van mijn dochters, mijn schoonfamilie, zijn familie hier woont. Zo'n dikke 20 jaar ondertussen. Een belgisch gezin met 4 kinderen, waarvan hij kind nummer 3,  dat begin jaren 90 uit België vertrok en in Grândola halt hield. Waarom precies Grândola daar hebben de familiekronieken geen verklaring voor, denk ik, uit de tafelgesprekken af te leiden. Ik moet het misschien nog eens duidelijk vragen.
Niet zo onlogisch, doch ook niet zo logisch aangezien jonge Portugese gezinnen van vergelijkbare samenstelling en masse de omgekeerde beweging maken, of toch tenminste al vluchten naar de Stad.
De balans voor ons ligt dus ergens tussen 'dichter bij de helft van de familie' en 'wat bezielde jullie?'. Met nuances zoals 'mijn familie laten we achter in België', 'de zon schijnt hier vaker, we wonen in de bergen met de zee niet ver af', 'vrienden kunnen we ook niet meepakken' en 'het leven hoeft niet duur te zijn'.

Desalniettemin geloven we rotsvast in onszelf en weten we dat dit verhaal een bruisend verbouwingsepos met spectaculair einde zal worden. Dit voorgevoel hebben we kort na aankomst dan ook meteen zelfzeker bezegeld met de aankoop van een 6 weken oude hondenbaby. We noemden hem Ravi, een rough collie, zoals Lassie van de TV en de stripverhalen.



Nu zijn we dus met 5.

Meer verhalen over tipi, caravan, verbouwingen, heldhaftige reddingspogingen van Lassie, Portugese folklore en het integratieproces weldra en vanaf nu sporadisch in deze vertelhoek te lezen.

Bemvindo!